Inleiding, aanleiding
In de zomer van 2015 heb ik weer eens de klavecimbelweek tijdens het Festival van Vlaanderen bezocht in Brugge. In vervlogen jaren — de jaren '70 om
precies te zijn — deed ik dat vaker, samen met muziekvrienden.
Ik was toentertijd van plan de piano te vervangen door een klein klavecimbel of een spinet, aangestoken als ik was
door de tijdgeest die de Romantiek verruild had voor de Barok. Tijdens een van de demonstraties van de instrumenten die tentoongesteld waren,
werden wij allen zeer getroffen door een uitvoering van een stuk van Dufly door de jonge
Jos van Immerseel op een groot klavecimbel, gebouwd door
Walter Maene
naar het voorbeeld van de
Rückers-Taskin in Parijs.
De klank was betoverend: nog herinner ik mij die precies, met name de "peau de buffle".
Zo'n ding was ver boven onze begroting, maar het spinet van Maene op de tentoonstelling klonk ook
zó goed dat twee van mijn vrienden en ikzelf besloten om hem opdracht te geven er drie te bouwen voor ons.
De bouw duurde lang. Ik ben herhaalde malen met mijn vriend Huub ten Dam naar Sint-Eloois-Vijve in West-Vlaanderen gereden om Walter Maene aan te vuren. In
1975 was het eindelijk zover. Inmiddels hadden Huub en ik les genomen bij Jaap Spigt en wij konden de spinetjes die wij geleend hadden aan hem teruggeven.
Nu ben ik niet zo'n ijverige student dus mijn vorderingen waren matig, maar enige muziekjes kon ik op den duur toch redelijk spelen.
Zo heb ik op de Eerste Communie van mijn dochtertje het spinet naar de Hasseltse Kapel in Tilburg versleept en daar
Le Rossignol-en-Amour en de
Double du Rossignol van François Couperin gespeeld. Maar in de jaren '90 kreeg ik het druk met van alles en van spelen kwam niets meer. Meer
dan twintig jaar stond het spinet onaangeroerd te vervallen.
Geïnspireerd door een zingende vriendin ben ik dus weer naar Brugge geweest en heb ik vervolgens besloten het spinet weer te gaan bespelen.
Restauratie
Het instrument had inmiddels wel een grote beurt nodig. Na enig zoeken vond ik
Martin Butter uit Ridderkerk bereid om die klus ter hand te nemen.
Het resultaat mag er zijn. Wat betreft het uiterlijk zijn beschadigingen aan de verf goeddeels weggewerkt. Helemaal opnieuw schilderen was niet nodig. De
fraaie decoratie van de zangbodem door
Alida Lyssens was geheel onder stof verdwenen maar
Martin Butter heeft dat stof weten te verwijderen.
Het mechaniek loopt weer prima. Er moesten natuurlijk wat kieltjes vervangen worden.
Dan de klank, het belangrijkste. Martin Butter heeft het hele register opnieuw geïntoneerd en dat is te horen: prachtig! het is weer een groot genoegen
om te horen. De laagste paar noten zijn wat dof omdat 5 volle octaven voor een spinet — gezien zijn afmetingen — erg veel is.
Maar de omvang staat anderzijds toe om bijvoorbeeld de Parijse sonates van Mozart te spelen die ongetwijfeld toen ook op klavecimbel zijn uitgevoerd.
Tot slot
Vroeger placht ik het instrument "oud" te stemmen: mijn a' was 415 Hz en de stemming was niet de moderne evenredig zwevende, maar een stemming die wat leek
op de oude middentoonstemming. Die had ik geleerd van mijn vriend dr. Ernic Kamerich. Die stemming liet mijn favoriete stukjes van bijvoorbeeld Couperin of
Froberger en dergelijke beter klinken: de kwinten zijn iets minder maar vooral de meest voorkomende tertsen zijn veel beter dan in de evenredig zwevende stemming.
Bovendien is deze temperatuur redelijk snel te leggen op het gehoor, zonder hulpmiddelen. Maar tegenwoordig stem je met behulp van een app op je smartphone.
Dan gaat een evenredig zwevende (voor Bach en later) net zo snel. Erger nog: met mijn smartphone kan ik de kamerichstemming niet maken.
En om een beetje samen te kunnen spelen is sowieso de moderne stemming noodzakelijk. Dus heb ik besloten om over te schakelen naar a'=440 en evenredig zwevend.
Dat was wel even wennen toen ik weer oude muziek op de standaard zette: wat leek dat vals en lelijk in het begin. Nu begin ik er aan te wennen, gelukkig.
Fotorapportage
Aan een geluidsrapportage ben ik nog niet toe. Eerst een flinke tijd trainen. De foto's hieronder spreken voor zich.